De Nationale ombudsman, Alex Brenninkmeijer, start een onderzoek naar de proportionaliteit van het gebruik van geweld bij politieoptreden. De klachtbehandeling bij de politie en de Nationale ombudsman laat zien dat er steeds terugkerende incidenten zijn waarbij het gebruik van handboeien, de inzet van politiehonden en fysiek geweld bij aanhoudingen tot problemen leiden. Brenninkmeijer wil hiermee bijdragen aan duidelijker grenzen voor de toepassing van politiegeweld. Zijn vraag is wat burgers in redelijkheid kunnen verwachten van professionele en proportionele toepassing van geweld door de politie.
“Ik ga geen behoorlijkheidsoordeel geven over individuele gevallen, zoals de filefuik, het Rotterdamse schopincident, bijtincidenten met politiehonden of schietincidenten”, aldus Brenninkmeijer. “Wel analyseren we concrete situaties om de grenzen van politiegeweld helder te maken.”
Het onderzoek bestaat onder meer uit rondetafelgesprekken met politieleiders en het Openbaar Ministerie, gesprekken met politiemedewerkers, opleiders en IBT-trainers en het nader analyseren van de honderden klachten van de afgelopen jaren. De politietop heeft toegezegd om in dit onderzoek – dat ‘meeloopt’ met de opbouw van de Nationale politie – samen te werken met de ombudsman.
Achtergrond
Politieambtenaren leren in IBT-trainingen hoe zij bepaalde geweldstechnieken moeten toepassen, maar vaak moeten zij in een fractie van een seconde afwegingen maken én handelen. De gebruiksaanwijzing van handboeien is niet ingewikkeld, maar in de dagelijkse praktijk is er méér nodig dan die kennis. Schieten op een schietbaan is iets anders dan schieten onder stressvolle omstandigheden. Het onderzoek richt zich mede op de vraag of de instructies en de dagelijkse politie praktijk voldoende op elkaar aansluiten. En als het misgaat bij geweldgebruik? De angst voor strafrechtelijke en disciplinaire represailles kan leiden tot verkramping bij politiemensen en het leren van fouten in de weg staan.
De ombudsman verwacht de eerste resultaten van dit langlopend onderzoek in het voorjaar van 2013.