Op 12 februari opende Koning Willem- Alexander de expositie “Jeroen Bosch: visioenen van een genie” in het Noord Brabants Museum. Daar is bijna het gehele oeuvre van Jeroen Bosch te zien tot 8 mei 2016.
Gulzigheid en lust (fragment van Het Narrenschip), ca. 1500-10, New Haven (USA), Yale University Art Gallery. Foto Rik Klein Gotink en beeldverwerking Robert G. Erdmann voor het Bosch Research and Conservation project.
Om de expositie van 17 doeken en 19 tekeningen van Bosch te realiseren werkte het Noord Brabants Museum wereldwijd samen met het o.a. het Museo Nacional del Prado in Madrid en het Louvre in Parijs. Dankzij een bruikleen met hen zien we nu in het Noord Brabants Museum zowel de Hooiwagen (1510-1516) als de Landlopertriptiek (15001-1510).
Landlopertriptiek
Met zijn landlopertriptiek waagde Jeroen Bosch het als eerste om gewone mensen af te beelden. Aan het eind van de Late Middeleeuwen (1250-1500) schilderde men alleen heiligen, engelen en taferelen uit het leven van Christus.
Op het doek zien we een landloper op een schoen en een slof. Achter hem ligt een huis met uit het bovenraam een onderbroek, een vrijend paartje in de voordeur en rechts een piesende man.
Het is een huis van lichte zeden. Wat doet de landloper. Gaat hij terug of loopt hij door op de smalle weg? “Bij Bosch staat de mens steeds voor de keuze tussen goed en kwaad. Geeft hij wel of niet toe aan een van de zeven hoofdzonden?” stelde burgemeester Rombouts tijdens de opening.
Narrenschip
Volgens de catalogus van de expositie bevond de voorstelling zich oorspronkelijk op twee luiken. (Matthijs Ilsink en Jos Koldeweij, Jherionimus Bosch, visioenen van een genie, Den Bosch. Het Noord Brabants Museum, ISBN 978-94-6230-116-0, 25 euro). Op de binnenkant van het luik verscheen het Narrenschip. Een bont gezelschap gaat zich te buiten aan lekkernijen, drank, de liefde en muziek. Ondubbelzinnig wijst Bosch hiermee op ‘gulzigheid en lust’, als twee van de zeven hoofdzonden.
De dood en de vrek
Rechts verscheen op de binnenkant van het luik het doek ‘’de dood en de vrek’’. We zien een grijsaard op zijn sterfbed. Rechts van hem knielt een engel om hem naar de hemel te begeleiden. Links biedt een duivel hem een zak geld aan. Kiest de man wel of niet voor het aardse goed om zijn aardse en wellicht zondige leven voort te zetten? Voortdurend stelt Bosch je voor de keuze tussen goed en kwaad.
Zeven hoofdzonden
“De zeven hoofdzonden laten de aarde nog steeds wiebelen”, stelde de heer Rombouts aan het eind van zijn toespraak. “Woede, hebzucht. Nog steeds zijn ze er. Vooral gulzigheid stelt ons in 2016 zwaar op de proef. Jeroen Bosch maakt ons mateloos hongerig.”
Na 8 mei gaat de Hooiwagen weer terug naar Spanje. Wat dan blijft is de Jeroen Bosch Experience. Dan kan je onder andere een klim maken naar het dak van de st Jan (1220-1530) om vanuit de dakgoten 92 beeldjes te bewonderen. Mogelijk vormden ze destijds een inspiratiebron voor Jeroen Bosch
Jheronimus Bosch, De Dood en de vrek, ca.1500-10, Washington, National Gallery of Art, Samuel H. Kress Collection. Foto Rik Klein Gotink en beeldverwerking Robert G. Erdmann voor het Bosch Research and Conservation project.